woensdag 10 augustus 2011

Congo Augustus 2011


Vannacht in Mbuji Mayi geslapen, waar we gisteren per vliegtuig aankwamen. Heerlijk rustig hotelletje. Alles hier is goed georganiseerd door de kerk waar we mee samenwerken, een groot genootschap met tegen de miljoen aanhangers. De nachten daarvoor waren veel te kort vanwege de reizen die we moesten maken.
 
Mijn gezondheid is weer aardig op peil. Uiteindelijk werd in het ziekenhuis van Kikwit ontdekt waar ik al zo lang aan lijd, al een week of acht. De arts was in alle staten van vervoering, en de laborant nog meer. Ik heb een zeldzame worm in mijn darmen, zeg maar een huisdier. Deze komt alleen in Azië voor, en in heb 'm bekomen via onvoldoende verhit varkensvlees, aan het allereerste begin van mijn reis naar Nepal. Deze parasiet verandert in kleine beestjes, die door het lichaam kruipen, en eitjes produceren in de longen, vandaar al mijn gehoest. Maar goed, na 3 1/2 dag totaal niets gegeten te hebben, openbaarde mijn huisgenoot zich. Hij kwam eens kijken of ik nog plannen had om te eten, en toen heb ik 'm maar even bij de les bepaald. De laborant danste van vreugde vanwege de schoonheid van het stuk beest dat ik hem overhandigde. Ik was blij eindelijk te weten wat me mankeerde. Alleen is er slechts een tweederangs medicijn, dat ik nu gebruik. Het eigenlijke, dat ik had moeten hebben, is in heel Congo niet te vinden.
 
Vandaag beginnen de conferenties. V.a. vrijdag hebben we 3 dagen een enorme campagne, waar 20.000 tot 30.000 mensen worden verwacht (!) Alleen hangt daar nog wel een prijskaartje aan, omdat wij een deel van de uitgaven voor onze rekening nemen. De contacten en relaties met de mensen hier zijn vriendschappelijk. "Eindelijk iemand die woord houdt..." hoor ik steeds. Veel mensen beloven veel en doen niets - zeker hier in Congo.
 
Verder is er nu weinig te vertellen. Ik zou iets moeten verzinnen, over het aapje van Luswa, dat in mij zijn baasje zag, of over gedonder over geld op de luchthaven van Kinshasa, waar een Europeaan geacht wordt te worden leeggeplunderd. Maar ik ben intussen ook aardig door de wol geverfd. Of moet ik het hebben over de heerlijke, versgebrande pinda's bij het ontbijt? Er is ook veel goeds in dit land, dat hard bezig is haar huidige topleider te verliezen. Daar zal ik geen traan om laten. Misschien is de volgende wel eerlijk? Let 's hope so.
 
Misschien moet ik vandaag nog wat overleggen met Pieter Jan over ons banksaldo. Misschien is er één bank in deze handelsstad met ruim een miljoen inwoners die werkt, en waar ik bankkaart of creditcard kan gebruiken. Ik heb er een hard hoofd in. Er is hier stromend water, d.w.z. dat je een emmer met water ergens moet vullen, en al;s je die op z'n kop houdt stroomt het water vanzelf, daar hoef je zelfs geen kraan voor te gebruiken. Dat is een lokaal grapje.
De mensen hier hebben heel wat zelfspot. Hoe herken je een echte Congolese soldaat? Dat is iemand die zijn wapen op de kop houdt, want hij heeft er nog nooit een gezien. En een nationale politieagent die het verkeer moet regelen? Die wacht aan de kant van de weg, totdat de laatste auto voorbij is, en dan begint hij het verkeer te regelen. Dan zegt hij: "Toen ik begon, ging het meteen goed..."
 
Ik ga naar de conferentie.
 
Allen gegroet en Gode bevolen,
 
Bram Krol

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.